Retro: Tyrrell vervolgt op Silverstone zijn F1-succes, Brooks slaat twee keer toe

Ken Tyrrell en Michael Lyons hebben op Silverstone de historische F1-races gewonnen in de Masters Racing Legends. Tyrrell had op Zandvoort al twee keer gewonnen en kreeg nu de zege cadeau na de diskwalificatie van Mike Cantillon. Lyons won de volgende dag na een geïnspireerde gok op droogweerbanden. In de Masters Endurance Legends schreef Steve Brooks met zijn Peugeot 90X opnieuw twee races op zijn naam. Op het Silverstone Festival was er ook onverwacht Nederlands succes: Wim Kuijl zegevierde met zijn Capri in de toerwagenrace van de HSCC.

Tekst en foto’s: Mattijs Diepraam

Artikel: https://autosport.nl/klasse/nieuws/38389/retro-tyrrell-vervolgt-op-silverstone-zijn-f1-succes-brooks-slaat-twee-keer-toe

Het Silverstone Festival was opnieuw groots opgezet, net zoals in voorgaande jaren, toen het nog als de Silverstone Classic en daarna gewoon als The Classic door het leven ging. Ondanks de naamsverandering bleef de formule exact hetzelfde: de ochtenden vanuit de nationale paddock tussen Woodcote en Copse, de middagen vanuit de internationale paddock tussen Club en Abbey.

Het programma werd wederom verzorgd door de HSCC (met drie grids en ook de organisator van het evenement), met medewerking van Masters Historic Racing (alle zes grids), Motor Racing Legends (drie grids), de Historic Grand Prix Car Association en de Formula Junior Historic Racing Association. Zo kreeg het publiek een vrijwel complete staalkaart voorgeschoteld van alle grote Britse promoters in de historische autosport.

De Masters Racing Legends voor F1-auto’s van 1966 tot 1985 waren uiteraard weer het hoogtepunt, twee keer op ‘prime time’ op zaterdag en zondag. Het aantal inschrijvingen kwam op 30 uit, eentje meer dan op Zandvoort, maar door diverse pechgevallen in de kwalificatie en zelfs de testdag op donderdag steeg het daadwerkelijke aantal niet uit boven het record van 29 auto’s dat op Zandvoort was gevestigd.

De eerste race werd geplaagd door twee safety cars, maar de herstart na de eerste safety car bracht wel de (voorlopige) beslissing. Daarin stuurde Mike Cantillon zijn Williams FW07C in één ronde van de vierde naar de eerste plaats, om zo de zege naar zich toe te trekken. Althans, dat dacht hij – want na afloop werd ontdekt dat zijn achtervleugel te hoog stond afgesteld, een omissie van zijn monteur, die was vergeten om te meten. Het leverde de Ier een pijnlijke diskwalificatie op. De zege ging daardoor alsnog naar Ken Tyrrell, die met zijn Tyrrell 011 van pole was gestart. Die pole was voor de Amerikaanse amateur al een enorme genoegdoening in een veld met diverse professionals en ervaren coureur-preparateurs, nu pakte hij zijn derde zege op rij, na op Zandvoort ook al twee keer te hebben gewonnen.

Op zondag was de baan nog nat na een van de vele kortstondige maar hevige regenbuien die de baan de hele dag troffen. Aan één kant van het circuit was het echter al zo goed als droog, zodat de gok van Michael Lyons om slicks te monteren bijzonder goed uitpakte. Zijn Lotus 91 reed na een voorzichtig begin op het nattere deel in een paar bochten naar voren en verdween daarna uit het zicht.

Lyons had op zaterdagochtend al de HSCC Thundersports-race voor het betere kanonnenwerk gewonnen. Met zijn Ibec 308M bleef hij de Royale RP17 van Dan Eagling ruim voor. Twee landgenoten reden op deze ochtend ook mee: Michiel Campagne reed met zijn vertrouwde Corvette Grand Sport naar een mooie tiende plaats (en was daarmee de snelste ‘vette in het veld), terwijl ‘Francesco’ van Maarschalkerwaart de Corvette C2 had meegenomen die Frans regelmatig deelt met Roeland Voerman. Hij werd 15e.

De pre-78-klasse in de F1 was intussen opnieuw een titanenstrijd tussen oud-kampioen Nick Padmore (Lotus 77) en de jonge makelaar Matt Wrigley (Penske PC3). Als amateur maakt Wrigley het de professional Padmore dit jaar knap lastig – op Zandvoort wist de Penske hem al voor te blijven. Deze keer haalde Padmore alles uit de kast, met twee krappe overwinningen als gevolg.

Bij de oudere F1’s van de HGPCA stevende Will Nuthall op zaterdag op zijn zoveelste overwinning af. Maar toen zijn Cooper T53 het twee ronden voor het einde begaf, nam Charlie Martin in zo’n zelfde Cooper het cadeau dankbaar in ontvangst. Op zondag leidde Martin van start tot finish. Bij de auto’s met de motor nog voorin heerste John Spiers de eerste dag nog, maar de volgende dag gleed de Maserati 250F al in de openingsronde van de baan. Spiers vocht terug, bereikte zelfs weer de kop, maar was aan het slot weerloos tegen de Scarab-Offenhauser van Mark Shaw.

Beide dagen werden als vanouds geopend door de Formule Juniors – en opnieuw gaven ze bezoekers reden om toch echt de wekker vroeg te zetten. Twee enorm spectaculaire races met maar liefst 53 auto’s werden besloten met overwinningen van Sam Wilson, die op zaterdag in zijn Lotus 20/22 prachtig streed met de Brabham BT6 van Alex Ames en op zondag met een snorlengte ter grootte van 21 honderdsten van een seconde de Lotus 22 van Horatio Fitz-Simon versloeg, met Ames en de BT2 van de jonge Amerikaan Tim De Silva op het vinkentouw. De toeschouwers konden pas na het vallen van de vlag weer uitademen…

De overige formuleauto’s gingen van start in de vergaarbak van de Formule Libre-wedstrijden van de HSCC, waarmee een oude traditie in ere werd hersteld. De F5000 van Henry Chart won beide keren, op zaterdag met ruime voorsprong op de Chevron B28 (F2) van Christian Pittard. Op zondag had Chart het aanzienlijk moeilijker met een andere F2, de March 782 van Andy Smith, die op zaterdag niet kon starten. Zijn Trojan T101 bleef de March maar een seconde voor. Het verbluffende was dat Chart eigenlijk een Modus uit de Formule Atlantic zou rijden, maar die ging op de testdag stuk. Zijn preparateur Simon Hadfield haalde snel de Trojan op, zodat Chart toch iets om te rijden had – het zouden zijn eerste racekilometers ooit in een F5000 worden! Ook F3’s en Formule Ford 2000’s deden aan beide races mee.

Steve Brooks schreef in zijn Peugeot 90X weer twee Masters Endurance Legends-wedstrijden op zijn naam, maar de Brit was niet de snelste man op de baan. De jonge Amerikaan Tim De Silva was ontketend in zijn Pescarolo-Judd 01, maar deelde de auto met zijn iets minder snelle vader Harindra. Daardoor kwam hij aan het slot een paar tellen tekort. Brooks ondervond op zondag de meeste tegenstand van Peugeot-rivaal Stuart Wiltshire, zeker nadat Harindra De Silva in de openingsronde onbedoeld een tikje had gekregen van Christophe d’Ansembourg in de Lola-Aston Martin DBR1-2. De Belg werd derde, na de vorige dag als vierde te zijn geëindigd achter Wiltshire.

Het grootste sportwagenspektakel volgde echter bij de Masters Sports Car Legends. Maar liefst twee herschapen Ferrari 512M’s deden daarin een poging om de Lola T70 Mk3B van zijn troon in de historische sportwagenracerij te stoten – en eentje slaagde daar glansrijk in. Het was niet de Ferrari van de Harts, die door Roelofs Engineering in elkaar is gezet – zowel vader David als zoon Olivier maakte een fout, zodat ze werden teruggeworpen in de rangschikking. In plaats daarvan schitterden Gary Pearson en Alex Brundle in hun strijd tegen de Lola’s, met name die van Olly Bryant. Het werd een historische overwinning die in de historische autosport vergelijkbaar is met de comeback van Ferrari op Le Mans eerder dit jaar.

In de Masters Gentlemen Drivers heersten Julian Thomas en Calum Lockie als vanouds. Hun Shelby Cobra Daytona Coupé ging net als het exemplaar van de Harts de strijd aan met de TVR Griffiths van John Spiers/Nigel Greensall, Mike Whitaker, John Davison en Harry Barton. Thomas (nu echt zo goed als even snel als zijn leermeester Lockie) deed het zware werk tegen professional Greensall, waarna Lockie het beheerst afmaakte. Greensall won de volgende dag wel in de afsluitende HSCC Road Sports Trophy, in de Cobra-roadster die hij deelde met Kevin Kivlochan.

Het ochtendhoogtepunt van zondag stond in het teken van de gecombineerde Woodcote Trophy en Stirling Moss Trophy, het paradepaardje van Motor Racing Legends. Olly Bryant kon in zijn Lotus 15 nu wel de hoogste trede van het podium bestijgen, door Roger Wills in net zo’n Lotus te verslaan. Broers John en Gary Pearson wonnen met hun Jaguar D-type de Woodcote Trophy. Daarmee voegden de befaamde preparateur en zijn broer de bandenkoning nog een overwinning toe aan hun eerdere zege in de Big Cat Challenge, ook georganiseerd door MRL. Het werd zelfs een 1-2 voor Pearsons Engineering, want de tweede E-type met Gary Pearson en Alex Brundle werd tweede.

Craig Wilkins was intussen onnavolgbaar in de Masters GT Trophy, die deze keer met 30 auto’s een bemoedigend groot veld kende, met daarin ook de Mustang FR500C van Michiel Campagne en de BMW E46 320i van Tim Kuijl. Slechts één wedstrijd stond deze keer op het programma en daarin schreef klassementsleider Wilkins nog maar eens een overwinning bij, als eerste in een rijtje Lamborghini Huracán Super Trofeo Evo’s die het complete podium in bezit namen.

Wim Kuijl Silverstone

Tegen het Super Trofeo- en Cup-geweld kon Tim Kuijl natuurlijk weinig inbrengen, maar de Zeeuws-Vlaamse familie Kuijl had meer ijzers in het vuur. Vanwege hun nabijheid bij de Belgische grens reden zij tot nu toe in de Bravo-kampioenschappen van de zuiderburen, zodat wij minder bekend zijn met de familie, die groot is geworden in de smeerkaas. Vanaf eind vorig jaar hebben zij zich echter helemaal op het internationale circus gestort – en dat leidde afgelopen weekend tot ultiem succes in de Historic Touring Car Trophy. Wim Kuijl stond met zijn Ford Capri in de regen zijn mannetje en finishte uiteindelijk door een gelukje met de safety car met ruim 43 seconden voorsprong op de Sierra Cosworth RS500 van Max Goff – enigszins geholpen door het feit dat de leidende Skyline van Andy Middlehurst en James Hanson het kort voor het einde begaf. Hulde kortom voor de Kuijls, die zich op de paddock vaak in hoekjes afzonderen en daarom niet altijd makkelijk te vinden zijn. Op Spa zullen we proberen om ze langer te spreken te krijgen.

In de andere grote toerwagenrace van het weekend ging Sam Tordoff met de zege aan de haal. Zijn Ford Falcon Sprint heeft dit jaar al eerder in de Masters Pre-66 Touring Cars gewonnen, maar deze keer kreeg hij het niet cadeau. Of eigenlijk juist wel, want zijn Jordan-teamgenoot Mike Whitaker Jr lag nog aan kop met enkele minuten te gaan toen het differentieel van zijn Ford Mustang op spectaculaire wijze explodeerde. Zo kon Tordoff de strijd met Whitaker vermijden.

Vorige
Vorige

Voorlopig geen loon naar werk voor St. Paul Raceteam in Belcar Historic CupWel succesvol in Zandvoort en Silverstone

Volgende
Volgende

Legendarische overwinning voor Wim Kuijl op het circuit van Silverstone